maandag 4 april 2011

Trainingsprogramma’s voor prothesegebruik


“Als iemand een deel van zijn arm verliest, duurt het ongeveer een maand voordat hij een prothese heeft waarmee hij kan oefenen”, aldus Sietske Romkema, ergotherapeut in het CvR.
Romkema kan dankzij een subsidie van ZonMW een jaar onderzoek gaan doen naar transfer of learning.

"Leertheorieën laten zien dat juist die eerste weken cruciaal blijken voor het aanleren van de bewegingspatronen die je nodig hebt om de prothese te kunnen bedienen. In de maand dat de prothese gemaakt wordt, gaat er dus kostbare tijd verloren. Maar er zijn aanwijzingen dat je die bewegingspatronen ook kunt aanleren met behulp van een simulator aan je andere arm. Ik hoop met mijn onderzoek aan te tonen dat dat ook inderdaad het geval is.”
Als het inderdaad zo blijkt te zijn dat meteen na een amputatie alvast met een simulator aan de ‘goede’ hand kan worden geoefend, dan kunnen patiënten straks eerder met een prothese naar huis en wordt het revalidatietraject fors bekort. Voor het project is een jaar uitgetrokken. Als de uitkomsten veelbelovend zijn, wordt bekeken of het voortgezet en uitgebreid kan worden.

Sietske is de tweede die onderzoek doet naar trainingsprogramma’s voor prothesegebruik. Hanneke Bouwsema, bewegingswetenschapper, onderzoekt met een simulator wat het meest effectieve trainingsprogramma is voor prothesegebruik. Ook het onderzoek van Romkema is overigens een samenwerkingsverband van Bewegingswetenschappen en Revalidatiegeneeskunde, i.c. dr. Raoul Bongers en dr. Corry van der Sluis.

Bron: Revisie2011 Centrum Voor Revalidatie via Pro-orthesen.nl

Geen opmerkingen:

Een reactie posten